HELDERE COMMUNICATIE IN RELATIES, Relationeel ethische reflecties

HELDERE COMMUNICATIE IN RELATIES

https://1drv.ms/b/s!AkFS1ORQNQM-gaVD4JuCKo8L-4VnDw




Helder communiceren in relaties, waarom en methodiek
Relationeel ethische reflecties


Vooraf : Een contextuele benadering

De andere nodig hebben is voor jezelf zorgen én de ander belangrijk maken. Belangrijke individuele opgebouwde gevoelens zijn de motor die deze, nooit stoppende, kettingen van geven en ontvangen in menselijke relaties mogelijk maken. Taal is een heel belangrijke methodiek hierbij.

Klagen als antipode van vragen

In ons collectief onderbewuste zijn we te vaak "HOE-Niet" pratend en gebruiken we te weinig de "HOE-Wél" woorden.
Waarom? een ideetje:
We zeggen te vaak wat we 'niet' willen, niet denken, niet voelen, wat niet goed is bij dit, die, of dat... Dit noem ik graag de 'Niet-taal'. Het is een taal die zich focust op tekort, op niet-aanwezig,... met alle gevolgen vandien.
Vaak verwijst de Niet-taal naar het tegenovergestelde, iets heel anders dus, bij diegene die de niet-taal brengt. Klagen als antipode van vragen, zoiets.
Diegene die de niet- taal hoort, voelt zich te vaak oorzaak e/o schuldig..... En reageert daarop vaak met weerstand en onbegrip. Hoe meer niet-taal, hoe onduidelijker, hoe groter de invulling door de potentiële gever. Hoe meer kans dat men de bal misslaat en men een 'verkeerde' reactie geeft.
Onduidelijkheid geeft invulling, dus.
Niet-taal maakt ook dat we eigen noden/tekorten buiten onszelf leggen.
De ander kan aldus het gevoel krijgen van beschuldigd te worden, van ‘tekort te schieten' krijgen.
"Hoe-niet" taal maakt ons onzichtbaar voor wie we zijn, voor de ander, voor onszelf vaak ook, over wat we willen, wat we denken, wat we verlangen, wat we willen ontvangen. Overigens bereikt de niet-taal ook 'eenzaamheid' ' met dat gemis...
Onzichtbaar en alléén, dus met niet-taal. Het werkt niet en het voelt niet goed aan, voor beiden.
Rechtstreeks gevolg is aldus dat de andere niet meer gepast kan reageren,... niet meer mag of kan Geven uit onwetendheid of misinterpretatie.
En waar de wonderlijke empathie het haalt, gokt men vaak verkeerd, ook al bedoelde me het zo goed. Inzet en moeite maar zonder waardering, omdat men er naast zit.
'Ik gaf u toch wat je wou' , versus 'ik krijg niet wat ik wil'... zijn rechtstreekse gevolgen van de Niet-taal!
Gevolg hierbij is vaak de Strijd voor 't Grote Gelijk in een argumenten- oorlog, jij dit, jij dàt,... of opgeven in zwijgzaamheid. Zwijgen voor de lieve vrede, met een frustratie- oorlog inwendig. Men zwijgt vaak voor de dominant ‘moedwillig’, niet begrijpende, vrede en rust, schijnbaar echter. Niet- taal en alle communicatieve misbaksels die erop volgen, geven échter niets goeds.
Onduidelijkheid, onzichtbaarheid, (verkeerde) invulling, tekort gevoel, weerstand, stilte met wegdrijven van en uit elkaar,... zijn de meest voorkomende gevolgen van niet-taal. Er komt "niets" goeds met niet-taal, volgens mij.
"Hoe- niet" taal van A ontneemt (de Ander) B ook de kans om zich belangrijk te voelen, door niet te kunnen/mogen betrokken zijn, in gelijk welke vorm.
Niet kunnen (mogen) helpen, niet betrokken kunnen/mogen zijn,... doet veel pijn bij diegene die ‘gepast’ wil Geven. Twijfel of angst kan toeslaan. "Waarom mocht ik dàt niet weten van u, niet doen voor u, waarom zeg je dát niet .." kennen we allen.
Vaak volgt een eerste reflex, "t zal wél aan mij liggen zéker.. " komt dan spijtig genoeg, verkeerdelijk veel voor bij potentiële gevers.
"Hoe-niet " taal is niet goed voor jezelf, je blijft op uw honger zitten en je gaat de weg naar realisatie van eigen noden, eigen gevoelens, eigenheid uit de weg.
En dit brengt ons bij de basis, hét fundament, van elke menselijke relatievorm, m'n de mate waarin beide partijen, hun Eigenheid kunnen beleven door deze aanvaard te ervaren door de andere partij.
Bij niet-taal blijf je in je relatie niet-transparant tav. de eigen noden. Het gaat hierbij vooral over de realisatie van noden/behoeften waarbij je afhankelijk bent van wat de gever wilt geven. Een knuffel of een luisterend oor kan je bijvoorbeeld jezelf niet geven daarvoor blijf je afhankelijk van de gever. Bij niet-taal verliezen we de kracht van verbinding.
Niet-kunnen geven op relationeel-ethisch niveau betekent voor de gever, op termijn weinig bestaansrecht kunnen ontwikkelen in die relatie en geeft aanzet tot ervaren van er-niet-bijte-horen, van dreigend zingevingsverlies, verminderde zelfwaarde. De spontane motivatie tot geven, tot betrokkenheid, tot gepaste zorg verdwijnt. De verbinding breekt ,… drama ! De ontvanger die eerder klaagt in niet-taal, blijft eenzaam en gefrustreerd achter, zwijgend, wegdrijvend, in zichzelf pratend, en de opgebouwde negatieve energie door niet realisatie van de noden leiden vaak tot een uitbarsting waarbij de emotionele kwade taal dermate out of shape is dat de inhoud zéker niet meer overkomt … .
Niet doen dus 😁, die NIET-TAAL


Hoe-wel taal


"Hoe-wel" taal geeft de kortste weg naar succes!
De Ander weet wat te doen om betrokkenheid te tonen, weet meer van u én dat is heel veel waard in betrokken relaties.
De andere kan zich "van belang/nut voelen/maken" tav. jou (partner, kind ouder, werkgever, organisatie, cultuur..).
"Hoe-wel " taal geeft waarde aan wie betrokken wil zijn.
Wie niet meer ervaart, welk nut hij/zij heeft voor de ander, verliest élke Zin van bestaan....
Een tekort of onmogelijkheid van Geven is m.i. dus de basis van élke burn-out (relationele burn-out, individuele burn,-out, professionele burn-out, religieuze burn-out,…) en verlies van zingeving.
 Een exemplarisch voorbeeld: Een cliënte verkoos finaal toch te blijven leven, nadat ze in elke andere relatie haar vervangbaar had ervaren, omdat haar waarde, haar zorg voor haar hond, haar wél zingeving, zelfwaarde, nuttigheid gaf. . Deze vrouw besefte dat in de relatie met haar hond, zij als énige haar hond kon geven wat de hond nodig had. Ze was in die relatie, onvervangbaar, ze had in die relatie bestaansrecht. Wat haar hond WEL verlangde, zichtbaar gelukkig met was, was die vrouw haar warme aanwezigheid, de unieke band tussen hen beide, het vertrouwen dat ze gaf, de veiligheid die ze gaf . . Dat besef behield haar spontane verantwoordelijkheid voor haar hond. Het mogen geven wat haar hond nodig had, haar gepast geven, hield haar in leven.
Geen burn-out, geen depressie, geen wegdrijven, geen vervreemding van haarzelf én haar hond in deze unieke verbinding.
Dus hoe duidelijker we spreken over onszelf, hoe meer kans we geven dat een betrokken partner/partij en uzelf daar veel winst aan hebben.
"Hoe- wel" taal is voor ons Vlamingen het moeilijkst. Kwetsbaarheid tonen en hulp vragen is weinigen onder ons gegeven.
Bij niet-taal moeten we ons niet kwetsbaar opstellen
En dat schijnbaar veilig(-er) gevoel, van achter ons muurtje heerst teveel, heerst zinloos, vaak. Voelen wat we nodig hebben, laat staan zeggen wat we willen, voelt te vaak egoïstisch en angstig aan en is religieus/cultureel geworteld wellicht. Enkel schijnbaar niet-gepast altruïsme bestond vroeger op menig preekgestalte. Echter wat gegeven werd was van externe aard in religieuze waarden vastgelegd. Gepast Geven, dat wat de ander écht nodig had, kwam weinig voor.
Ik denk dat we beter afgaan op de échte noden en behoeften intern aanwezig bij diegene die wil ontvangen, onder de essentiële voorwaarde dat de ontvanger de hoe-wel taal wil hanteren, zich transparant maakt in ontvangen.. . Van externe collectieve religieuze, politieke, spirituele,.. etc normen/waarden naar individuele normering en focus (wie is de andere partij in eigenheid, eigen noden en behoeften) evolueren lijkt mij veel beter en ook actueler nu de vroegere betekenis verleners, zoals de Katholieke kerk, vast levenslang werk, kerngezin, reeds enige tijd hun belang zijn verloren.
Deze erfenissen leven nog sterk in de doorgewinterde generatie. Als het stil was aan tafel was het eten goed, spreken was maar zilver, zwijgen goud.. Begrijp je?
Ik leerde na jaren ervaring dat er niets meer verbinding geeft en niets moeilijker lijkt dan kwetsbaarheid te kunnen delen met de andere partij/partner,.. etc. En toch spreken we soms kwetsbaarheid uit waarbij bv: de angst (opnieuw) gekwetst te worden, overwonnen kan worden door het geloof en vertrouwen in de andere partij. Die inspanning, die moeite, die angst, gepaard gaande met ons kwetsbaar op te stellen wordt beleefd door de andere partij, de potentiële gever.
De gever die kwetsbaarheid hoort/mag horen van de ontvanger voelt de zo fundamentele betrouwbaarheid. Dit maakt die verbinding tot de diepste verbinding mogelijk. Ontmoeten met grote O, noem ik dit graag.
Eveneens was zelfzorg een ongekend woord in vorige generaties beladen met een negatieve connotatie van egoïsme, hebzucht etc.
Er zijn twee vormen van ontvangen, de afhankelijke ontvangst en de zelfzorg. De afhankelijke ontvangst is goed voor verbinding tussen gever en ontvanger, zoals uitgelegd. In zelfzorg ben jezelf gever en ontvanger. Als ik ontspanning nodig heb neem ik mijn fiets en ga een toertje racen. Ik ben niet afhankelijk hierbij van de ander zijn/haar ( bereidheid tot) geven.
 Jonger bloed is op dit vlak al een tijdje het tij aan het keren. Goed voor dit deel.
Teveel zelfzorg is m. i. gevaarlijk. Het is de destructieve weg om uit verbinding te stappen met de ander. Het is de foute weg zoals met alle extremiteiten. Als dit eenzijdig gerichte doorschiet belanden we in het narcisme waarin ‘me, myself and I' elke relationeel ethische waarde teniet doet. Want wie continue bewonderd wil worden vraagt om een gelovige, een fan, een bewonderaar als partner, als kind, .. die bereid is (gedwongen wordt) de eigen Eigenheid weg te cijferen ifv. de actieve narcist die hierop schittert. Geen mens kan veilig en rustig leven indien zijn eigenheid niet kan ge(be-)leefd worden .
De énige goede en gezonde weg is het evenwicht tussen geven en ontvangen nastreven. Maar dit kan echter énkel onder specifieke omstandigheden die door de huidige cultuur fel onder druk staan.
Omgaan met de eigen Eigenheid in sterk zijn én kwetsbaar zijn, in talent of onkunde etc los van énige externe normering of (d) evaluatie is de basis. Weten wie we zijn, uiten wie we zijn en weten welke gerelateerde noden en behoeften we hebben die we in zelfzorg en afhankelijkheid kunnen realiseren, is de weg naar Eigenheid én verbinding. Omgaan met, aanvaarden van, zorg bieden aan en hulp ontvangen van kwetsbare gevoelens, is een probleem geworden in onze (e.a.) maatschappij.
Op enkele uitzonderingen na zitten we vast gebeiteld en eenzijdig transparant in “sterke”, onafhankelijke Eigenheden en noden. Echter niets is meer verbindend dan je diepste gevoelige kwetsbare gevoelens te kunnen/willen delen met de Ander, zoals vermeld. Dit niveau wat veiligheid en rust biedt, is nooit te bereiken met eenzijdig “ sterkten” te tonen aan de Ander. Het is in de kwetsbaarheid dat een bijdrage mogelijk is van de ander, in sterkten tonen is geen bijdrage, geen betrouwbaarheid, geen vertrouwen, geen rust, geen verbinding mogelijk. Het leidt énkel tot competitie, hoger lager, eenzaamheid en verlies van verbinding dus verlies van betekenis van Zin, van bestaansrecht. Volgens mij althans.

Peter Segers
Contextueel Psychotherapeut

www.petersegers.com
www.peterdegers-psychotherapeut.be


NB: bovenstaand artikel is gebaseerd op mijn uitgewerkt achterliggend “Integratief Contextueel Relatie model “ toepasbaar in elke menselijke relatie, zijnde bv: ouder kind relatie, partnerrelatie ,vriendschapsrelatie, werkgever werknemer relatie, microcultuur-macro cultuur, individu- maatschappij, gelovige-religie, etc. Het model wordt in Powerpoint gebracht en omvat een stappenplan, en methodiek. 

Te verkrijgen op aanvraag 

Reacties

Populaire posts van deze blog